Rodé Vis uit Urk heeft een eigen wasserij in haar nieuwe fabriek ingericht. Duurzaamheid is daarbij het uitgangspunt. Zo wordt de warm watervoorziening voor de wasmachines en de warmtevoorziening voor de drogers terug gewonnen uit koelsystemen van de fabriek.
Zo'n 300 ton vis gaat er per week door de handen van de werknemers van Rodé Vis in Urk. Het bedrijf dat zo'n 25 jaar geleden als Urker familiebedrijf begon, is in 2012 overgenomen door de Noorse Leroy Seafood Group. Dit is wat betreft pelagische vis (makreel, haring en witvis meegerekend) de grootste visverwerker en de op een na grootste zalmkweker en -verwerker ter wereld. "We hebben de hele keten in handen: van viseitje tot zalm op het bord", legt Meindert Jan de Boer, operational manager bij Rodé Vis uit.
In Nederland bestaat het visverwerkingsbedrijf inmiddels uit vijf vestigingen waaronder een visfileerderij en een ambachtelijke rokerij. De zalm komt uit Noorwegen, Schotland, Ierland en Alaska en wordt daarna in Urk verwerkt en verpakt.
In februari 2018 is op het industrieterrein van Urk een nieuwe ultra moderne fabriek van 10.000 vierkante meter in bedrijf gegaan. Dit is de grootste locatie van Rodé Vis en heet Leroy Seagood Center. Hier vindt het roken, zouten, uitsnijden, verpakken en verwerken van de producten op grootschalige en moderne wijze plaats. "Deze fabriek is helemaal ingericht met het oog op de toekomst en onze groeiplannen. Duurzaamheid en energieneutraalheid zijn het uitgangspunt geweest." Daarnaast zijn er volop mogelijkheden voor uitbreiding in de nabije toekomst. Zo is er nog 7.000 vierkante meter grond rond het pand beschikbaar. "Binnen drie tot vijf jaar willen we de equipment en de productie van 300 ton vis verdubbelen."
Natuurvriendelijk
De keuze voor een duurzame bouw en inrichting heeft alles te maken met de viie van de Noorse eigenaar van Rodé Vis. "Noorwegen is een land vol ongerepte natuur. We gebruiken de natuur om onze vis te laten groeien. Onze filosofie is om deze vis op een natuurvriendelijke manier te verwerken. Dat respect voor de natuur trekken we door in al onze processen. Zo rijden we met vrachtwagens en bedrijfauto's die schoner zijn. Het kost meer geld maar is beter voor het milieu op de lange termijn." Bij de nieuwe fabriek in Urk resulteerde deze filosofie in de keuze voor 2.700 zonnepanelen op het dak. Er is - heel bewust - geen gasaansluiting geplaatst. Daarnaast wordt de restwarmte die vrijkomt uit de compressoren, in de fabriek hergebruikt.
Die compressoren zijn nodig om de koelingen, vriezers en luchtconditioners aan te sturen. De restwarmte wordt opgevangen. Door middel van een warmtewisselaar in de persleiding van het Nh3 systeem wordt de warmte teruggewonnen en via een warmtepomp wordt het tapwater opgewarmd tot 75 - 80 graden Celsius. Vervolgens wordt het tapwater naar de buffertanks getransporteerd met daarin totaal 20.000 liter water. Water wordt hier op temperatuur gehouden door middel van een spiraal in de tanks. De hierin opgeslagen warmte wordt naar de apparaten geleid die warm water nodig hebben, met name voor reinigingsprocessen. “Je moet daarbij denken aan de warme watertoevoer om de handen te wassen, het koffiezetapparaat, de vloerverwarming, de krattenwasser voor de fusten vis, de rookwagenwasser en de afwasmachine.” Maar ook voor de droger en de wasmachine is het inzetten van deze duurzame aanvoer van restwarmte als energiebron een optie die
een aanzienlijke besparing oplevert. Tot de bouw van de nieuwe fabriekslocatie, was de visverwerker in Urk gewend om het wassen van de werkkleding van de circa 150 tot 200 medewerkers van de vier vestigingen uit te besteden. De medewerkers van de commerciële wasserij kwamen twee keer per week om de was op te halen. De werkkleding werd ook gehuurd van deze partij.
Niet genoeg schone kleding
“Het nadeel is dat dit veel geld kost en dat er bij de kleding die stuk gaat of met andere problemen, niemand bovenop zit. Het heeft niet de aandacht. We grepen wel eens mis omdat we niet genoeg schone kleding hadden.” Met het oog op voedselveilig werken en de hygiëne- en de BRC-eisen, heeft schone werkkleding de hoogste prioriteit bij Rodé Vis. Het voedselverwerkingsbedrijf is namelijk BRC A en volgens de International Food Standaard gecertificeerd. Tijdens de (ontwerp)plannen voor de nieuwe fabriek zijn de plussen en minnen van het uitbesteden van de was nog eens extra tegen het licht gehouden. Ook de wens om duurzaam te werken, woog daarin mee. “Omdat we onze eigen stroom opwekken en de restwarmte van de compressoren van de koelinstallaties hergebruiken, is het in huis wassen en drogen in principe gratis.”
Gevestigde naam
Om de eigen wasserij op duurzame basis te realiseren, riep het verwerkingsbedrijf de professionele hulp en expertise van Miele Professional in. “Miele is een gevestigde naam. Ze hebben de beste spullen en daarmee bereik je het beste resultaat. Ze bieden bovendien een goed aanbod in duurzame machines aan.” Deze duurzame wasdroger en wasmachine werkenop basis van de stroom die is opgewekt met de zonnepanelen. Er is geen gas- of elektratoevoer op deze apparaten. Daarnaast worden beide machines met warm water gevoed dat afkomstig is uit de opgevangen restwarmte van de koelmachines. De aanschaf van deze duurzame machines mag dan wat hoger zijn, De Boer merkt op dat het verbruik van de droger zo’n 93 procent zuiniger is met 0,13 kwh per kilogram was. Ter vergelijking: een droger aangedreven op basis van elektra verbruikt 28,3 kwh en je hebt er een aansluiting van 3 x 50 ampère voor nodig. Bij een duurzame droger met heet water toevoer is dit slechts 1,3 kwh en heb je een aansluiting van 10 ampère nodig. Dit rekenvoorbeeld over de verbruikskosten, gaf mede de doorslag om voor Rodé Vis om tot het inrichten van een eigen wasserij met duurzame apparaten te gaan. De operationeel manager van Rodé Vis is te spreken over de samenwerking met de adviseurs van Miele: ”Ze zijn niet alleen professioneel maar besteden zorg aan het hele proces. Ze denken mee, geven advies en hebben onze interieurverzorgsters uitleg gegeven over het gebruik en onderhoud van de machines.”
Aan twee gescheiden ruimtes voor hygiëne
Bij de inrichting van de wasruimte, adviseerden de medewerkers van Miele Professional om met tweegescheiden ruimtes te gaan werken voor de hygiëne. Een voor de vuile was en een voor de schone was. Door een muur is de wasmachine gescheiden en zijn er twee wasruimtes gerealiseerd. Deze hebben allebei een aparte toegangsdeur. Met een tekst aan de buitenkant is aangegeven welke ruimte je gaat betreden bij het openen van de deur. Zo lees je ‘wasruimte vuil’ en ‘wasruimte schoon’ op de bordjes die respectievelijk met rood en groen zijn gekleurd. “Door de gescheiden ruimtes voorkom je dat vuile was in aanraking komt met de schone was en dat er kruisbesmetting ontstaat. Dat werkt hygiënisch en is helemaal volgens de BRC eisen.” Op advies van Miele Professional zijn er twee luiken aan de voorzijde van de ruimte voor vuile was gemaakt. Daar kunnen de werknemers hun vuile was deponeren als hun dienst erop zit. De vuile was komt meteen in een verrijdbare wascontainer terecht.
Degene die de machine bedient, rijdt de kar naar de wasmachine en kan deze na sortering aan de vuile zijde vullen. Via het display is de machine makkelijk te bedienen. De machine geeft zelf aan welke handeling vereist is. De interieurverzorgsters hebben het wassen en drogen van de kleding als extra taak op zich genomen.
Nog een voordeel uit het oogpunt van hygiëne: de medewerkerster die de was doet, kan deze meteen controleren en sorteren. Extra vuile was, kan bij de wastafel even worden voorbehandeld of voorgespoeld. “Mijn kleding als controleur van het werkproces is bijvoorbeeld minder vervuild dan de overall van een visfileerder. Dan is het goed dat er iemand is, die dit ziet en actie onderneemt.” Als de kleding is gewassen, kan de medewerker deze aan de schone zijde van de machine weer ontladen. Op de display van de machine staat aan beide kanten vermeld dat de was er aan de schone zijde moet worden uitgehaald.
Speciaal rek
In deze schone wasruimte staat de droger. Met een verrijdbare waskorf kan de gewassen kleding naar de droger worden gereden. Na het drogen, wordt de was op een speciaal ontworpen en verrijdbaar rek gehangen. Het opvouwen of strijken van de kleding is niet nodig dus dat scheelt handelingen en spaart tijd. “Bij het uitbesteden komt de was in kratten aan en moet deze eerst worden uitgezocht en opgevouwen. Dat hoeft nu niet meer.” De schone was kan met rek en al naar de schone kleedruimtes worden gereden. Omwille van de hygiënemaatregelen zijn de kleedruimtes waar vuile en schone kleding hangt, van elkaar gescheiden. “Onze medewerkers gaan door verschillende omkleedsluizen bij het betreden en verlaten onze productieruimtes.” Op advies van Miele is de gerealiseerde wasruimte twee keer zo groot geworden dan in eerste instantie gepland. “We kunnen er straks makkelijk nog een droger en machine in kwijt als we de fabriek verder gaan uitbreiden. “
Wasproces in eigen hand
Inmiddels is de eigen wasserij twee maanden in bedrijf. Hoe bevalt dat? “Grote voordeel is dat we nu vier stuks werkkleding per werknemernodig hebben in plaats van negen, we zijn veel meer flexibel, het wassen en drogen gaat een stuk sneller en we hebben het was- en droogproces in eigen hand. ” Persoonlijk is De Boer ook in zijn nopjes met de zelf aangekochte werkkleding van Van den IJssel in IJsselstein. Miele Professional werkt nauw samen met deze professionele textielleverancier. “Deze kleding zit prettiger, is meer op maat en we hebben nu pakken met een capuchon. Dat is hygiënischer dan de haarnetjes, vooral bij mensen die langer haar hebben.” Over een paar maanden vindt de evaluatie plaats van het in huis wassen van de werkkleding. Wellicht gaat Rodé Vis over tot uitbreiding van de wasserij-activiteiten in eigen huis, voor de andere vier vestigingen. De Boer is voorzichtig optimistisch:
“We geloven in deze duurzame manier van wassen. Op de lange termijn zullen we voordeliger uit zijn.”